parka

Betekenis parka

Een parka is een warme, vaak met bont afgewerkte jas, ontworpen om bescherming te bieden tegen koud en guur weer.

Woordsoort

zelfstandig naamwoord

Voorbeeldzin met parka

Tijdens de koude winter trok hij zijn dikke parka aan voordat hij naar buiten ging.

Uitspraak (fonetisch)

/ˈpɑrka/ (Wat is het fonetisch alfabet?)

Afbreekpatroon: par-ka

Synoniemen

  • winterjas
  • windjack
  • anorak

Woorden die beginnen of eindigen met "parka"

  • parkade
  • parkeren
  • parkiet

Etymologie

Het woord 'parka' komt oorspronkelijk uit het Russisch, afgeleid van het Nenets woord voor 'dierenvacht'.

Veelgestelde vragen

  • Waar komt het woord parka vandaan?
    Het woord komt oorspronkelijk uit het Russisch en is afgeleid van het Nenets woord voor 'dierenvacht'.
  • Is een parka altijd met bont gevoerd?
    Een parka is traditioneel vaak met bont gevoerd, maar moderne ontwerpen kunnen synthetische voeringen hebben.
  • Voor welk seizoen is een parka bedoeld?
    Een parka is ontworpen voor gebruik in koude seizoenen, zoals de winter, vanwege de warmte die het biedt.
  • Wat is het verschil tussen een parka en een anorak?
    Een anorak is vaak lichter en meer bedoeld voor regen, terwijl een parka zwaarder en warmer is, bedoeld voor kou.
  • Kan een parka waterdicht zijn?
    Ja, veel moderne parka's zijn ontworpen om waterbestendig of volledig waterdicht te zijn.