rush
Betekenis rush
een plotselinge en snelle beweging naar een bepaalde plaats of opwelling van activiteit.
Woordsoort
zelfstandig naamwoord
Voorbeeldzin met rush
Tijdens de ochtendspits is er altijd een enorme rush naar de treinen.
Uitspraak (fonetisch)
rʌʃ (Wat is het fonetisch alfabet?)
Afbreekpatroon: rush (geen afbreking mogelijk)
Synoniemen
- haast
- spoed
- sprint
Woorden die beginnen of eindigen met "rush"
- rushhour
- goldrush
- flash
Etymologie
Dit woord komt uit het Engels en heeft oorsprong in het Middelengelse 'russhen', afgeleid van het Anglo-Franse 'reuser', wat 'stuiven' betekent.
Veelgestelde vragen
- Wat betekent 'rush hour'?
Rush hour verwijst naar de piekuren waarin het verkeer het drukst is, meestal veroorzaakt door mensen die van en naar hun werk reizen. - Wordt het woord 'rush' ook in andere contexten gebruikt?
Ja, 'rush' kan ook verwijzen naar een intense emotie of opwinding, zoals in een adrenaline rush. - Is 'rush' alleen in het Engels een gebruikelijk woord?
Hoewel 'rush' van oorsprong een Engels woord is, wordt het in veel andere talen, inclusief Nederlands, gebruikt vanwege zijn specifieke betekenis. - Hoe kun je 'rush' gebruiken in een zin?
Je kunt 'rush' gebruiken, zoals in de zin: 'Er was een rush om naar de uitverkoop te gaan zodra de winkel opende.' - Wat is het verschil tussen 'rush' en 'hurry'?
'Rush' impliceert vaak meer snelheid en urgentie dan 'hurry', dat meer algemeen kan zijn en minder intens is.