mik
Betekenis mik
Een brood dat langwerpig van vorm is; een doelwit waarop men richt.
Woordsoort
zelfstandig naamwoord
Voorbeeldzin met mik
Hij kocht een verse mik bij de bakker voor het ontbijt.
Uitspraak (fonetisch)
mɪk (Wat is het fonetisch alfabet?)
Afbreekpatroon: mik (geen afbreking mogelijk)
Synoniemen
- brood
- stol
- doelwit
Woorden die beginnen of eindigen met "mik"
- mikpunt
- mikron
- uit de mik
Etymologie
Dit woord stamt uit het Middelnederlands, waar 'mick' een stuk brood betekende.
Veelgestelde vragen
- Wat betekent 'mik' in de bakkerij?
In de bakkerij verwijst 'mik' naar een langwerpig brood. - Hoe gebruik je 'mik' in de zin van een doelwit?
In die context kan 'mik' gebruikt worden als in ‘de mik op iemand hebben’, wat betekent dat men zich op iemand richt. - Is 'mik' een veelgebruikt woord in het Nederlands?
'Mik' wordt minder vaak gebruikt in moderne Nederlandse spreektaal maar kan nog steeds gezien worden in specifieke contexten, zoals in de bakkerij of sport. - Kan 'mik' vervoegd worden?
'Mik' als zelfstandig naamwoord wordt niet vervoegd zoals een werkwoord, maar kan wel in het meervoud 'mikken' zijn wanneer men het over meerdere broden heeft. - Komt 'mik' in andere talen voor?
De betekenis van 'mik' als brood is specifiek voor het Nederlands en komt niet in dezelfde vorm in andere talen voor.