gisteren

Betekenis gisteren

de dag die direct voorafgaat aan vandaag

Woordsoort

bijwoord

Voorbeeldzin met gisteren

Gisteren ben ik naar de bioscoop geweest.

Uitspraak (fonetisch)

/ˈɣɪ.stə.rə(n)/ (Wat is het fonetisch alfabet?)

Afbreekpatroon: gis·te·ren

Synoniemen

  • eergisteren
  • de afgelopen dag

Woorden die beginnen of eindigen met "gisteren"

  • gisterenmiddag
  • gisteravond
  • gisteren

Etymologie

Afkomstig uit het Middelnederlands 'gisteren', gezaghebbend sinds de 13e eeuw.

Veelgestelde vragen

  • Is 'gisteren' een zelfstandig naamwoord?
    Nee, 'gisteren' is een bijwoord dat verwijst naar de dag voor vandaag.
  • Kun je 'gisteren' vervoegen?
    Nee, bijwoorden zoals 'gisteren' worden niet vervoegd.
  • Wat is het verschil tussen 'gisteren' en 'eergisteren'?
    'Gisteren' verwijst naar de dag direct voor vandaag, terwijl 'eergisteren' verwijst naar twee dagen geleden.
  • Kun je 'gisteren' gebruiken in de toekomst?
    'Gisteren' verwijst altijd naar het verleden en kan niet voor toekomstige gebeurtenissen worden gebruikt.
  • Wat is de tegenhanger van 'gisteren'?
    De tegenhanger van 'gisteren' is 'morgen', wat de dag na vandaag aangeeft.