schikt

Betekenis schikt

past in de planning of is geschikt voor een bepaalde situatie

Woordsoort

werkwoord

Voorbeeldzin met schikt

Het schikt mij om morgenmiddag af te spreken.

Uitspraak (fonetisch)

/sxɪkt/ (Wat is het fonetisch alfabet?)

Afbreekpatroon: schikt (geen afbreking mogelijk)

Synoniemen

  • past
  • komt uit
  • voegt

Woorden die beginnen of eindigen met "schikt"

  • afschikt
  • geschikt
  • schiktijd

Etymologie

Afgeleid van het Nederlandse werkwoord 'schikken', wat 'arrangeren' of 'regelen' betekent, met de oorsprong in het Middelnederlandse 'schikken'.

Veelgestelde vragen

  • Wat betekent 'schikt' in de zin 'Het schikt morgen niet'?
    In deze context betekent het dat de persoon niet beschikbaar is of dat de situatie niet passend is op die dag.
  • Is 'schikt' een formele term?
    Nee, 'schikt' is een algemeen gebruikt woord dat zowel in formele als informele contexten kan worden gebruikt.
  • Kan 'schikt' ook 'geschikt maken' betekenen?
    Ja, het kan ook verwijzen naar het geschikt maken of aanpassen van iets aan een situatie of tijd.
  • Wat is het verschil tussen 'past' en 'schikt'?
    Beide woorden hebben een vergelijkbare betekenis in de context van plannen; echter, 'schikt' wordt vaak gebruikt in persoonlijke afspraken en 'past' kan ook voor objecten worden gebruikt.
  • Hoe gebruik je 'schikt' in een vraag?
    Je kunt het woord gebruiken in een vraag zoals: 'Schikt het om volgende week af te spreken?'