telg
Betekenis telg
een afstammeling of nakomeling, meestal binnen een familie
Woordsoort
zelfstandig naamwoord
Voorbeeldzin met telg
Als jongste telg van de familie werd hij altijd verwend.
Uitspraak (fonetisch)
tɛlx (Wat is het fonetisch alfabet?)
Afbreekpatroon: telg (geen afbreking mogelijk)
Synoniemen
- nakomeling
- afstammeling
- kind
Woorden die beginnen of eindigen met "telg"
- telgenoot
- telgje
Etymologie
Het woord 'telg' stamt uit het Middelnederlands met de betekenis van 'scheut' van een plant en is later uitgebreid naar 'nakomeling'.
Veelgestelde vragen
- Wat is het meervoud van 'telg'?
Het meervoud van 'telg' is 'telgen'. - Wordt 'telg' altijd voor mensen gebruikt?
Meestal wordt 'telg' gebruikt voor mensen, specifiek binnen een familie. Oorspronkelijk verwees het echter naar een jonge tak of scheut van een plant. - Is 'telg' een formeel woord?
Ja, 'telg' wordt vaak formeel gebruikt wanneer men spreekt over familielijnen of genealogie. - Kan 'telg' in overdrachtelijke zin worden gebruikt?
Ja, het kan bijvoorbeeld gebruikt worden om aan te geven dat iemand de erfgenaam is van een bepaald talent of traditie, zoals in 'Ze is een telg van een muzikale familie'. - Komt het woord 'telg' vaak voor in spraak?
Hoewel het minder gebruikelijk is in dagelijkse gesprekken, komt het woord 'telg' wel voor in geschreven taal en bij formele of literaire contexten.