weker
Betekenis weker
iets dat zachter of minder stevig is in vergelijking met iets anders
Woordsoort
bijvoeglijk naamwoord
Voorbeeldzin met weker
De weker geworden appel was niet meer lekker om te eten.
Uitspraak (fonetisch)
ˈʋeːkər (Wat is het fonetisch alfabet?)
Afbreekpatroon: we-ker
Synoniemen
- zachter
- minder stevig
- soepeler
Woorden die beginnen of eindigen met "weker"
- wekering
- wekergroenten
- wekerigheid
Etymologie
Afgeleid van het werkwoord 'weken', wat betekent 'zacht maken of worden'.
Veelgestelde vragen
- Is 'weker' een veelgebruikt woord?
Het woord 'weker' wordt niet vaak gebruikt in de dagelijkse spreektaal. - Kun je 'weker' gebruiken voor zowel vaste als vloeibare stoffen?
Ja, 'weker' kan worden gebruikt om de stevigheid van zowel vaste als vloeibare stoffen te beschrijven. - Wat is het tegenovergestelde van 'weker'?
Het tegenovergestelde van 'weker' is 'harder'. - Hoe gebruik ik 'weker' in een zin?
Je kunt 'weker' gebruiken door het als bijvoeglijk naamwoord te plaatsen bij het zelfstandig naamwoord dat je wilt beschrijven. Bijvoorbeeld: 'De klei werd weker naarmate het water werd toegevoegd.' - Komt het woord 'weker' vaak voor in literatuur?
Het woord 'weker' komt minder vaak voor in literatuur dan meer gangbare bijvoeglijke naamwoorden zoals 'zacht' of 'flexibel'.