magnitude

Betekenis magnitude

de grootte of omvang van iets, vaak gebruikt in de context van aardbevingen om de sterkte ervan aan te geven

Woordsoort

zelfstandig naamwoord

Voorbeeldzin met magnitude

De magnitude van de aardbeving was 6.5 op de schaal van Richter.

Uitspraak (fonetisch)

ˈmaɡ.niˌtjuːd (Wat is het fonetisch alfabet?)

Afbreekpatroon: mag·ni·tu·de

Synoniemen

  • omvang
  • grootte
  • sterkte

Woorden die beginnen of eindigen met "magnitude"

  • magnitudemetingen
  • magnitudeschatten
  • lichtmagnitude

Etymologie

Afkomstig van het Latijnse 'magnitudo', wat 'grootte' betekent.

Veelgestelde vragen

  • Wat is de magnitude van een aardbeving?
    De magnitude van een aardbeving is een maat voor de energie die vrijkomt bij de beving.
  • Hoe wordt magnitude gemeten?
    Magnitude wordt gemeten met behulp van seismografen en uitgedrukt op de schaal van Richter of de momentmagnitudeschaal.
  • Wat betekent een hogere magnitude?
    Een hogere magnitude betekent dat de aardbeving sterker en potentieel destructiever is.
  • Zijn er andere contexten waarin het woord magnitude wordt gebruikt?
    Ja, magnitude kan ook verwijzen naar de helderheid van sterren in de astronomie of andere vormen van metingen in de wetenschap.
  • Wat is het verschil tussen magnitude en intensiteit?
    Magnitude meet de energie van een aardbeving, terwijl intensiteit de effecten ervan op mensen en structuren beschrijft.